Overprikkeling

In regio Eindhoven is er een onderzoek gedaan op 369 scholen onder 62.505 kinderen naar het voorkomen van autismestoornissen in vergelijking tot de regio’s Haarlem en Utrecht. Het Autism Research Centre van de Universiteit van Cambridge kwam met een publicatie waarin bekend gemaakt werd dat er in de regio Eindhoven drie tot vier keer vaker autismestoornissen voorkomen dan in Haarlem en Utrecht. Bij maar liefst 229 van de 10.000 kinderen werd autisme gediagnosticeerd en dat is – in vergelijking tot de andere regio’s die tussen de 57 en 84 kinderen hebben – nogal veel. De verklaring hiervoor zoekt men bij de ouders die in deze regio meer in technologische bedrijven werken dan in andere regio’s van Nederland. Dat er ook andere oorzaken kunnen zijn die ervoor kunnen zorgen dat er meer kinderen in deze omgeving met verschijnselen rondlopen die doen denken aan autisme, is nog niet bekend.

Omdat ik een casus vanuit diverse hoeken benader, heb ik een andere maar vooral vernieuwende kijk op het onderzoek van het Autism Research Centre.

Bénazir:
Tijdens mijn werkzaamheden als contextuoloog, waarbij ik onder meer kinderen begeleid met slaapproblemen, concentratiestoornissen en angststoornissen, zie ik wel degelijk een verband met deze als autistisch aangeduide kinderen in de regio Eindhoven. In 2010 heb ik maar liefst 734 kinderen mogen begeleiden en daarvan komt 70 % uit deze regio. Het zijn vaak kinderen die door overprikkeling zich afsluiten van hun omgeving en daardoor symptomen van autisme gaan vertonen, maar waarvan de oorzaak in veel gevallen in een andere hoek gezocht moet worden.

Hoe ontstaat deze overprikkeling en wat is de oorzaak?

Noord-Brabant is een gebied met een rijke historie van plunderingen en oorlogen waar gevoelige kinderen op reageren. Omdat er in dit gebied vaak veel negatieve energieën aanwezig zijn, kunnen er bij kinderen die er gevoelig voor zijn dezelfde symptomen ontstaan die onder de noemer PDD-NOS en ADHD vallen. Kinderen die teveel prikkels krijgen van hun externe omgeving – ook al lijkt deze voor het oog rustig – kunnen overprikkeld raken. Ze voelen energieën, maar kunnen er niet mee omgaan. Door zich af te sluiten, trachten ze vaak deze stroom van prikkels tegen te gaan. Anderen kunnen juist tegenovergesteld gedrag vertonen dat heel erg veel weg heeft van ADHD. Energieën kunnen zo heftig zijn dat er zelfs slaapproblemen en angststoornissen uit voortvloeien. Door deze energieën te verminderen zal er zichtbaar resultaat optreden, waardoor kinderen vaak ander gedrag gaan vertonen.

Ik wil niet zeggen dat men alles onder deze noemer kan plaatsen, maar in mijn loopbaan heb ik regelmatig moeten constateren dat kinderen waarbij een bepaalde diagnose gesteld werd, toegankelijk werden en betere resultaten boekten na het verminderen van de aanwezige onzichtbare prikkels. Deze energieën kunnen er toe bijdragen dat aanwezige stoornissen versterkt worden en zelfs erger worden. Mijns inziens reden om vooral in de regio Eindhoven ( maar ook in andere gebieden met een rijke historie) ook deze zienswijze naast die van de publicaties van Cambridge te leggen, zodat er een bredere basis ontstaat om kinderen te kunnen begeleiden.

Verschenen in regio Noord Brabant.